Bevoorrecht
8 mei 2017 - Windhoek, Namibië
Bevoorrecht
Onze slippers zijn versleten en ons visum nadert de einddatum. Na bijna drie maanden wordt het tijd om weer naar huis te gaan. Een klein beetje grijzer en toch ook wel weer wat wijzer.
We maken kennis met een, voor ons, nieuw fenomeen. Het verlies van tijdsbesef. Niet weten welke dag of datum het is en dat ook helemaal niet belangrijk vinden. Na onze laatste reservering voor de tour langs de Skeletton Coast hebben we alleen nog een bevestigde retourvlucht naar Nederland staan. En tussendoor, zonder verplichtingen en zonder afspraken, lijkt de tijd wel te vertragen. Stollen is misschien een beter woord. De dagen worden langer en ook het gebruikelijke gevoel dat de tijd steeds sneller verstrijkt naarmate de thuisreis dichterbij komt, blijft uit. Gelukkig realiseren we ons wel op tijd dat het handig zou kunnen zijn om alvast een afspraak bij de garage te maken voor het groot onderhoud aan onze auto. We rijden inmiddels 12.000 km vanaf Kaapstad en aan de bonkjes en kraakjes in de auto te horen zou het vervangen van wat rubbers hier en daar, geen overbodige luxe zijn. Ook staat er nog een vraag over ons visum open. Dat kunnen we dan gelijk bij het ministerie van 'Home Affairs' navragen.
Na de grensovergang in het zuiden, weken geleden, valt ons na een paar honderd kilometer opeens op dat we een visum voor Namibië gekregen hebben tot 6 Mei. Dat is precies een dag voordat we vanuit Windhoek naar Kaapstad vliegen om op 8 Mei door te gaan naar Amsterdam. We besteden er niet veel aandacht aan omdat we als Europeanen immers standaard met een toeristenvisum kunnen reizen dat drie maanden geldig is. Waarom we maar 7 weken afgestempeld krijgen is ons niet duidelijk. Gaandeweg horen we steeds vaker het verhaal dat een ongeldig visum bij de uitreis mogelijk een probleem gaat opleveren. Ook al is de geldigheid minder dan 24 uur verstreken. Sommige mensen krijgen een boete. Anderen wordt de toegang tot Namibië voor de komende twee jaar ontzegd. En dat is waar we niet op zitten te wachten. Opvallend genoeg, ontmoeten we ook andere reizigers die, net als wij, een visum gekregen hebben dat net niet lang genoeg is om naar huis te vliegen. Dat riekt naar een opzetje dat geld gaat kosten. En inderdaad, we mogen ons gratis toeristenvisum met een dag verlengen tegen een vergoeding van N$ 500 ( ongeveer €35) per paspoort. We blijven maar gewoon vriendelijk lachen bij 'Home Affairs' en worden de normale doorlooptijd van 5 dagen bespaard. We hebben ons paspoort de volgende dag alweer terug . Met de nieuwe stempel. Wat een geluk dat we bij het plannen van onze garageafspraak te horen krijgen dat zowel het ministerie als de garage precies de week voor ons vertrek gesloten is vanwege een vage feestdag. Hadden we anders gesloten deuren getroffen en bij de douane gestaan met ongeldige papieren.
Omdat we opeens een week eerder dan de bedoeling in Windhoek moeten zijn, veranderen onze plannen wel iets. Na de Marienfluss willen we via Palmwag en Twyfelfontein naar Etosha. Met 25.000 km2 een van de grootste wildparken in Afrika. We draaien onze route om en rijden vanuit het droge en warme Palmwag, via de frisgroene Grootbergpas ( veel olifantenpoep maar geen olifanten) naar de Galton Gate, de meest westelijke ingang van Etosha. In het park zijn vier kampeermogelijkheden langs de 400 km lange route van west naar oost, die geen van allen nog vrije plekken zouden hebben. Inmiddels hebben we ervaren dat vol in Namibië nog weleens kan betekenen dat een bezettingsgraad van 75% is bereikt. Anders dan in Zuid Afrika en Botswana mogen we het park in zonder reserveringen. Als we ons hoopvol aanmelden bij Olifantrus, de eerste kampeerplek, gaan we er maar vanuit de ze ons, 70 km na de poort, niet weg zullen sturen. De kleine campsite is inderdaad vol maar we mogen overnachten op de picknickplaats. De behulpzame beheerster organiseert ook nog vijf overnachtingen in Halali en Numatoni voor ons. We vermijden daarmee de drukte van Okaukuejo, het grootste kamp, dat centraal gelegen is en in dit seizoen een enorme aantrekkingskracht uitoefent op de grote tourbussen.
Wat in de ochtend een dreigende bui lijkt, wordt onderweg naar Halali een enorme plensbui die de wegen verandert in een witte cementdrab. Het weer in Etosha heeft zo zijn eigenaardigheden doordat een deel van het park in beslag genomen wordt door een blikkerende zoutpan van 4.000 km2. De onweersbuien die we al dagen in de verte zien rommelen blijven boven de pan hangen en lossen slecht op. Het gevolg is niet alleen veel nattigheid maar ook de temperatuur duikelt naar de 15 graden. Voor het eerst in al die weken gebruiken we onze fleecejacks.
De dieren trekken zich niet heel veel aan van de kleverige blubber. We zien ze in dit weer niet op de open vlaktes, maar vooral langs de weg en in de struiken. Twee Bat-eared foxes, met hun grote oren en zwart/grijs getekende vacht, rennen zeker twee kilometer voor onze auto uit. Honderden grazers, zoals zebra's, gnoes, springbokken en impala's zoeken bedaard naar nieuw groen gras. Zij schenken geen aandacht aan de onwaarschijnlijk gekleurde lucht als het zonnetje zich weer voorzichtig door de wolkenbrij heen wurmt. Ook de giraffen, die we in groepen van soms wel twintig samen uit de bossages zien komen, wandelen hun gewone statige pad. Ze worden alleen afgeleid door de hyena's, die zich met hun jongen, vlakbij een vaste drinkplaats hebben gevestigd. Als na een paar dagen de lucht helemaal schoon getrokken is en de temperaturen weer oplopen, zien we de leeuwen tevoorschijn komen voor hun veertienurige dutje in de zon. Zo liggen ze diep, wijdbeens te slapen, zo zien we ze, opvallend alert, de spieren aangespannen om een gnoe te besluipen die dichtbij komt. Net als we verwachten dat de grote leeuwin de eindspurt in zal zetten, verliest de jacht momentum en verdwijnt de gnoe in de verte. Onbewust van het dreigende gevaar.
We hebben het naar ons zin in Namutoni, de meest oostelijke kampeerplek van het park. Er zijn een paar fraaie drinkplaatsen in de buurt, waar we vaak lang bivakkeren omdat er zoveel dieren komen en gaan . En we treffen weer vaker Zuid-Afrikanen die nieuwsgierig zijn naar onze belevenissen en graag verhalen over de ontwikkelingen in Zuidelijk Afrika waar de politiek hun ernstig zorgen baart. Omdat we na het onderhoud aan de auto en het verlengen van ons visum nog een week hebben voordat we naar huis gaan, besluiten we terug te gaan naar Etosha. In Windhoek maken we alvast de laatste afspraken voor de stalling van onze auto, die we achterlaten tot we in September weer op stap gaan.
Dat blijkt een prima besluit. Windhoek is zeker geen plek om lang te blijven. Het is een ongemakkelijke stad zoals zoveel grote Afrikaanse steden waar je een ongastvrije vijandigheid al ondergronds voelt borrelen als je de stadsgrens nadert. Langs de snelweg, die we delen met fietsers en voetgangers, staan de eerste, uit plastic zakken opgetrokken hutten al in de berm. Ik ben altijd weer verbaasd hoe tussen al die armoedige behuizing altijd wel een paar stralend witte overhemden ergens aan een waslijn wapperen. In de buurt van de plastic optrekjes is van alles te koop. Hout ligt netjes gebundeld op een koper te wachten, er worden dadels aangeboden en plastic vrachtwagentjes staan keurig en kleurig in de middenberm uitgestald. Voor ons ondenkbaar dat iemand met 120 km per uur langsrijdt en opeens besluit te stoppen zo'n wagentje te kopen. Hier gaat dat anders. Bij onze afslag staat bijvoorbeeld een bord waarop duidelijk gemaakt wordt dat er niet gelift mag worden. Misschien begrijpen wij het verkeerd want het is ook precies de plek waar tientallen mensen staan te wachten om in minstens zoveel taxi's gepropt te worden.
En dan kunnen we het niet langer rekken. In Etosha genieten we nog een paar dagen van de cheetahs, die op de open vlakte jagen, van de gieren die hun nest ingenieus verstopt hebben in een palm, van de zwarte neushoorn die op zijn gemak door een ondiep vennetje loopt te banjeren en van de honderden vogeltjes die in wolken, tjirpend van boom naar boom vliegen. We luisteren in onze daktent 's nachts naar leeuwen die luid de grenzen van hun territorium kenbaar maken en naar de hyena's met hun aparte gewoop. Bevoorrecht is een woord dat vaak valt in de afgelopen maanden. En nu ook weer. Het is eigenlijk het enige antwoord dat past als iemand aan ons vraagt 'hoe was 't?'. Het is het woord dat het best omschrijft hoe het is om onderweg te zijn in Afrika . We zijn graag onderweg. Dit keer zijn we onderweg naar huis.
Tot zondag, we verheugen ons elkaar weer te zien.
Hopelijk zien we jullie
Dikke knuffels van ons
Heb het met plezier gelezen vanuit een koffie tentje in Egypte waar wij onze tijd uitzitten. Het is buiten namelijk zooo heet. Word bijna jaloers als ik lees over de 15 graden en jullie jas die je aan moest trekken.
Geniet nog maar lekker na ... Groetjes Nancy